Column: Smeden van een duurzame toekomst


‘Steel, the backbone of sustainability in Europe’. Het valt te lezen op de website van de Europese belangenclub voor de staalsector (Eurofer). Deze club is groot voorstander om urgente problemen in de staalsector aan te pakken. Zoals het verminderen van de overcapaciteit en de transitie naar groene staalproducten te versnellen, maar ook om dumpingpraktijken te bestrijden. Het zijn slechts enkele van de grote uitdagingen die de staalsector heeft om een haar toekomst te garanderen.
De ‘usual suspect’
We weten dat staal voor een nog lange tijd een essentieel materiaal blijft. Het wordt verwerkt in de infrastructuur, gebouwen en mobiliteitssystemen, en is een onmisbare factor voor het maken van allerlei schone technologieën.
We weten echter ook dat bij de productie van staal veel CO2 vrijkomt. In 2023 is de staalindustrie verantwoordelijk voor ongeveer 2,8 gigaton CO2-uitstoot. Volgens het Internationaal Energieagentschap (IEA) heeft de staalindustrie daarmee een aandeel van ongeveer 8% in de totale wereldwijde CO2-uitstoot.
Verder weten we dat de grootste staalproducent en -consument China is. Met een aandeel van 55% in de wereldwijde staalproductie is China verantwoordelijk voor ongeveer 60% van de wereldwijde staalemissies. Dit land speelt dus hierin bij uitstek een cruciale rol in het verminderen van de CO2 emissies in de sector. Het land kampt echter met hardnekkige overcapaciteit. Bovendien leunt de bijna de hele Chinese staalsector nog teveel op steenkool. Dan moet groen overheidsbeleid de manier zijn om de sector richting groen staal te stimuleren en R&D in koolstofarme technologieën te bevorderen. In theorie prachtig natuurlijk, maar in de praktijk gaat het allemaal niet zo simpel.
Tempo
Het is een jammerlijke constatering dat de koolstofarme technologieën voor het maken van staal zich momenteel nog in een vroeg ontwikkelingsstadium bevinden. Dit houdt het tempo in de verduurzaming van de staalsector laag. Er zijn wel enkele succesvolle pilot projecten te benoemen en er worden natuurlijk ook een reeks andere veelbelovende oplossingen voor schone productie van staal verder onderzocht. Denk bijvoorbeeld aan het vervangen van steenkool door groene waterstof als reductiemiddel, koolstofafvang en -opslag of -gebruik en directe elektrolyse. De investeringen die hier echter bij komen kijken zijn immens en de investeringsbeslissing gaat in dit geval zeker niet over één nacht ijs. Het maakt de uitdaging om de emissies substantieel te verminderen in de staalindustrie alleen maar groter.
EU perspectief
Het tempo in de reductie van de broeikasgassen in de staalindustrie is dus traag. De Europese stok achter de emissiereductiedeur is koolstofbeprijzing via het EU-ETS emissiehandelssysteem. Dit kan in potentie een verschil maken. Maar een hogere CO2-prijs en een geleidelijke afbouw van de gratis emissierechten zet op den duur druk op de marges. En dit is een dodelijke cocktail in een sector waar de marges sowieso al laag liggen. Het maakt een investeringsbeslissing in nieuwe duurzame staaltechnologieën alleen maar complexer. Het Carbon Border Adjustment Mechanism (CBAM) moet hier uiteindelijk soelaas bieden. Het mechanisme zet namelijk een heffing op de koolstof die in koolstofintensieve goederen zitten en van buiten de EU komen, waaronder staal. Dit moet onze EU staalfabrieken beschermen tegen goedkopere en viezere importstaal – zonder zo’n koolstofheffing – om zo concurrerend te blijven. Maar over de echte effectiviteit ervan zijn nog veel vraagtekens.
Kortom, de uitdagingen voor de hele staalsector zijn dus niet van de lucht. Het neemt nog wel enige tijd in beslag voordat een sluitend antwoord is gevonden op de grote problemen die heersen. Gelukkig maar dat de meeste staalbedrijven in Europa flexibeler zijn dan hun eigen stalen pijpen.