Klimaatoffensief strandt in loopgravenoorlog


De strijd tegen klimaatverandering voeren we nu al enige tijd. Dit doen we onder andere door minder verbruik van fossiele brandstoffen, door meer gebruik te maken van hernieuwbare energie, door meer bomen te planten en door duurzame landbouwpraktijken in te voeren. Parallel aan deze klimaatinspanningen stijgen de uitgaven aan het defensieapparaat explosief. De militaire uitbreidingen en de grotere kans op militaire conflicten, brengen weinig soeps voor het milieu en zorgen voor een impasse in de klimaatoorlog. Van een win-win scenario kan hier geen sprake zijn.
Legergroen
De impact van militaire activiteiten op het milieu is relatief groot. Volgens berekeningen van adviesbureau Roland Berger zijn de wereldwijde defensieactiviteiten samen goed voor zo’n 1,5% van de totale wereldwijde uitstoot. Gezien het gevoelige karakter van militaire activiteiten ontbreekt het echter vaak aan transparante en nauwkeurige gegevens op veel terreinen. Daarom zijn er ook berekeningen die uitkomen op een wereldwijd aandeel van 5,5% in de totale uitstoot van broeikasgassen voor alle strijdkrachten in de wereld samen.
Onze veiligheid komt echter ook tegen een harde prijs. Zo is de kans groot dat een verhoging van de militaire uitgaven een negatieve invloed gaat hebben op de klimaatgerelateerde budgetten. Zo heeft het Witte Huis onlangs laten doorschemeren dat zij meer geld willen pompen in defensie en binnenlandse veiligheid, ten koste van ‘minder urgente zaken’, waaronder onderwijs, buitenlandse hulp en het milieu. En de financiële middelen van Europa zijn ook beperkt. Daarom zal een verhoging van de defensie-uitgaven ten koste gaan van meer schulden (via bestaande of nieuwe programma’s), via een verhoging van de belastingen of bezuinigingen op andere terreinen, zoals het klimaat.
Klimaatimpact
Het verbruik van fossiele brandstoffen is de belangrijkste bron van broeikasgasemissies in de militaire sector. Tot de grootste bronnen behoren vliegtuigbrandstof voor vliegtuigen, diesel voor tanks en ook voor marineschepen. Andere bronnen betreft de productie van wapens en munitie of de mobilisatie van troepen en de logistiek die daarbij komt kijken. Ook de ravage die wordt aangericht door bombardementen, inclusief branden en de rookontwikkeling, hebben een toename van broeikasgassen tot gevolg. Het heeft bovendien een grote invloed op de biodiversiteit.
Volgens eerste schattingen komt de totale uitstoot van broeikasgassen door oorlogsvoering tijdens de drie oorlogsjaren in Oekraïne overeen met de jaarlijkse uitstoot van Tsjechië, Oostenrijk, Hongarije en Slowakije samen. En als eenmaal het oorlogsconflict voorbij is, moeten de gebieden opnieuw worden opgebouwd. Dit herstel brengt ook veel emissies met zich mee. Hierover zijn ook eerste ramingen gemaakt. Bij de wederopbouw van Oekraïne zal 200-400 miljoen ton CO2 vrijkomen. Dat is in ieder geval al meer dan de oorlogsemissies in de drie oorlogsjaren.
Patsboem
Volgens een NAVO-rapport hebben geen van de vergroeningsmaatregelen op militair gebied geleid tot een vermindering van de CO2-uitstoot. Sterker nog, het rapport stelt zelfs dat “…hogere militaire uitgaven altijd zullen leiden tot een toename van de uitstoot van broeikasgassen”. Elke fase van een oorlog, van de voorbereidingen en de productie tot de echte strijd en de uiteindelijke wederopbouw, heeft grote en desastreuze gevolgen voor mens en milieu. En naarmate de geopolitieke onrust toeneemt, blijft voorlopig de druk hoog. Oorlog blijft daarmee één van de meest verwoestende krachten op aarde. Al met al moet de Europese defensiestrategie een evenwicht vinden tussen veiligheidsbehoeften en milieuverplichtingen om te voorkomen dat de klimaatdoelstellingen in gevaar komen. Maar de sector kan ook een bijdrage leveren aan een oplossing voor de klimaatcrisis. Met de detonatie van een paar atoombommen van welke atoommacht dan ook, zijn namelijk alle problemen gegarandeerd in één keer opgelost. En snel ook.
Deze column heeft op 12 May in de Financiele Telegraaf gestaan