Agrarische CO2 reductie reikt verder dan alleen het boerenerf

ColumnSustainability

De agrarische sector is in Nederland een vooraanstaande sector en staat onder verhoogde druk als het aankomt op de reductie van CO2. Om het gestelde 2030-doel te halen – 49% van het CO2 emissieniveau in 2030 – moeten de CO2-emissies per jaar met 4% afnemen. Een lastige opgave met de wetenschap dat in de periode 1990-2019 de CO2-emissies in deze sector met gemiddeld 0,1% per jaar toenamen. Tellen we daar de alsmaar groeiende bevolking en toenemende behoefte aan voeding en agrarische grondstoffen in de komende jaren bij op, dan wordt de agrarische emissiereductiecasus alleen maar complexer.

Lange weg te gaan

Om de impact van klimaatverandering te verzachten, moeten alle economische sectoren hun deel bijdragen. En voor alle sectoren in Nederland geldt dat het reductiepad naar 2030 toe alles behalve een glad geëffende weg is. Voor de agrarische sector is het hele traject van boerderij tot aan de vork van de consument (of van boer tot bord) van belang. Het betekent een grote verandering in de manier waarop zowel de boerderijen als de voedingsmiddelenindustrie hun producten produceren. Het betekent echter ook een gedragsverandering op gang brengen bij consumenten. Het gaat immers ook over de wijze waarop consumenten het voedsel nuttigen en hoe (ook door de hele keten heen) voedselverspilling wordt tegengaan.

Niet onmogelijk

De uitdagingen om het 2030-doel te bereiken zijn daarmee misschien wel nog complexer dan de emissiereductiedoelen in andere sectoren. Daar zijn immers meerdere technieken beschikbaar om de emissiereductie aan te jagen, zoals in de industrie. Bovendien is de agrarische sector veel meer gefragmenteerd dan andere sectoren in de Nederlandse economie. Dit zorgt ervoor dat de schaal waarop de emissiereductie plaatsvindt relatief laag blijft. Tot slot heeft de sector nog tal van andere uitdagingen op de plank liggen, zoals het stikstofdossier, het waarborgen van biodiversiteit en voedselveiligheid, vergrijzing in de sector en bedrijfsopvolging en natuurlijk klimaatverandering.

Maar ondanks deze moeilijk opgaves heeft de geschiedenis aangetoond dat de agrarisch sector in staat is om grote uitdagingen succesvol aan te gaan. De snelle opschaling van de voedselproductie met de sterker groeiende wereldbevolking in de afgelopen decennia, is hier het meest treffende voorbeeld van. Daarin hebben – naast kunstmest – veel efficiencyverbeteringen grote invloed gehad op de productiviteit. Nu is het dus de beurt aan CO2-emissiereductie.

Agrarische horizon

Het gaat allemaal niet vanzelf. Zonder milieumaatregelen in de agrarische sector zullen de emissies op basis van de historische trend tot dusver waarschijnlijk eerder toenemen dan verder afnemen. De complexiteit is hoog. Dit vraagt om een meer gecoördineerde aanpak in de gehele keten van de boeren, de voedselproducenten, de consumenten, de financiers en overheden.

Maar de sector kan zelf ook verbeteringen doorvoeren die het doel naar 2030 dichterbij halen. In april 2020 schreef McKinsey al het rapport Agriculture and Climate Change hierover, waarin diverse concrete emissiereductiemaatregelen worden voorgesteld. Niet dat ze allemaal even eenvoudig zijn om in te voeren, maar het maakt het reductiepad voor de agrarische sector meer inzichtelijk.

Deze column heeft op 1 november in de Financiele Telegraaf gestaan onder de titel 'agrarische CO2-reductie reikt verder dan alleen het boerenerf'