China - Marginale aanpassing van onze groeiramingen

PublicationMacro economy

De bbp-cijfers voor het eerste kwartaal (en opwaartse herzieningen van eerdere kwartalen) verhogen de kans dat de groeidoelstelling voor 2024 van 5% wordt gehaald. We verhogen onze groeiraming voor 2024 naar 5,1% (van 4,7%) en verlagen onze groeiraming voor 2025 naar 4,5% (van 4,6%). Herstel nog steeds onevenwichtig en geleid door de aanbodzijde; macrodata over maart illustreren dat de tegenwind vanuit de vastgoedsector aanhoudt.

De bbp-groei versnelde in het eerste kwartaal van 2024, in lijn met ons basisscenario, gesteund door stimulerings-maatregelen en een herstel van de mondiale industrie. De laatste macrodata bevestigen echter dat het herstel nog steeds onevenwichtig is, waarbij de aanbodzijde sterker is dan de vraagzijde en de vastgoedsector nog steeds voor tegenwind zorgt. Ondertussen nemen de risico's van handelsconflicten toe.

Marginale, technische wijzigingen in onze groeiramingen voor 2024/2025

In lijn met ons basisscenario versnelde de reële bbp-groei op kwartaalbasis in het eerste kwartaal van 2024 tot 1,6% k-o-k (K4-23: opwaarts herzien tot 1,2%). Door de opwaartse herzieningen in de twee voorgaande kwartalen kwam de groei op jaarbasis hoger uit dan verwacht, op 5,3% j-o-j (K4-23: 5,2%). In eerdere publicaties hebben we al aangegeven dat de balans van de risico's met betrekking tot onze groeiprognoses voor China al een tijdje aan het verbeteren is. Hoewel de binnenlandse vraag zwak blijft en er nog veel uitdagingen zijn, maken de bbp-gegevens voor het eerste kwartaal het waarschijnlijker dat de groeidoelstelling van 5% voor 2024 binnen bereik komt. Daarbij gaan we uit van een verdere geleidelijke monetaire versoepeling en gerichte (fiscale) steun. Al met al verhogen we onze groeiprognose voor 2024 naar 5,1% (van 4,7%); dit is eerder een technische herziening dan een 'game changer' wat betreft de vooruitzichten. Gedeeltelijk als gevolg van een sterkere basis vanuit 2024 verlagen we onze groeiprognose voor 2025 licht, naar 4,5% (van 4,6%).

De macrodata over maart geven tegenstrijdige signalen af

De laatste macrocijfers laten een gemengd beeld zien. De stijging van de officiële inkoopmanagersindex (PMI) voor de verwerkende industrie (gepubliceerd door NBS) in maart dichtte het gat met de PMI van Caixin, met beide indices nu weer boven het neutrale niveau van 50 (zie hier). Ook de PMI's voor de dienstensector verbeterden verder. De samengestelde PMI's van zowel NBS als Caixin stegen naar de hoogste waarden in tien maanden. Daarentegen wezen de activiteitsgegevens voor maart over het algemeen op een afnemend groeimomentum, waarbij vooral de detailhandelsverkopen aan de zwakke kant waren (zie hier). Ook de vastgoeddata bleven zwak, wat erop wijst dat de maatregelen om de sector te stabiliseren de negatieve feedbackloop nog niet hebben doorbroken. De jaarlijkse groei van de export en import werd weer negatief, maar dat weerspiegelde grotendeels een basiseffect van de heropening vorig jaar. Het onderliggende momentum van de export verbeterde juist, gesteund door een uitbodeming in de mondiale industrie. De exportcomponenten van beide PMI's voor de verwerkende industrie zijn voor het eerst sinds februari 2023 weer boven de 50 uitgekomen. Toch nemen de risico's van handelsconflicten met het Westen toe (zie ook de Global View van deze maand).

De groei van de kredietverlening op jaarbasis daalde in maart tot onder de 10% – voor het eerst in 25 jaar –, omdat de vraag naar krediet zwak blijft (de kredietverlening aan de vastgoedsector is een negatieve uitschieter). Wat de inflatie betreft, daalde de CPI-inflatie in maart tot een magere 0,1% j-o-j – waarbij de opwaartse druk op de inflatie tijdens de periode van het Chinees nieuwjaar in februari wegebde. De producentenprijsinflatie bleef in maart voor de 18e maand op rij negatief. Dit alles weerspiegelt het feit dat de consumptie en particuliere investeringen nog steeds achterblijven bij het algehele herstel. We verwachten meer geleidelijke monetaire verruiming en gerichte steunmaatregelen om de binnenlandse vraag te ondersteunen. Het feit dat de groei structureel afneemt en de risico's voor de overheidsfinanciën toenemen, was voor Fitch aanleiding om de sovereign rating van China op 9 april op een negatieve outlook te zetten, na een soortgelijke stap van Moody's in december 2023.