Column: In de afvalberg schuilt een heilige graal

De hoeveelheid afval blijft aanzienlijk. Het roept op elk niveau in onze samenleving allerlei vraagstukken op. Op het niveau van huishoudens willen we verspilling tegengaan en zitten we ook met afvalscheidingsdillema’s. Mag het theezakje bij het gft-afval en wat doen we met de koffiecupjes en -pads? Op bedrijfsniveau gaat het meer over duurzamere afvalstromen en nieuwe circulaire bedrijfsmodellen. Dus efficiënt – en het liefst ook rendabel – afvalmanagement door recyclen, upcyclen en/of downcyclen. Op nationaal niveau wordt het strategischer.
Afvaltrends bij huishoudens en bedrijven
De groei van het afval van huishoudens is gelukkig binnen de perken gebleven. Zo nam bijvoorbeeld de hoeveelheid huishoudelijk afval met slechts 2% toe in de periode van 2000 tot en met 2020. De groei werd vooral gerealiseerd door de toename van textiel, GFT, glas en klein chemisch afval. Het restafval daalde zelfs met 24%. Tijdens de eerste Corona-lockdowns in 2020 heerste er in Nederland een opruimwoede, aangezien de hoeveelheid grof huishoudelijk afval in dat jaar abrupt met 12% toenam. Omdat het aantal huishoudens in dezelfde periode met 17% veel sterker toenam dan de afvalberg, is er per huishouden sinds 2000 veel minder afval geproduceerd.
Het bedrijfsafval is in de periode 2000 tot en met 2020 met 18% toegenomen. Het betreft hier de bulk van de afvalstromen uit de delfstoffenwinning, de totale industrie en van bedrijven in de energievoorziening en in de watersector. Circa de helft van het afval uit deze sectoren betreft mineralen, steenachtig afval, maar ook dierlijk en plantaardig afval. Het opvallende is dat net zoals bij de huishoudens, ook in het bedrijfsleven het aantal kilo’s afval per bedrijf actief in de betreffende sectoren tussen 2000 en 2020 met 26% sterk is afgenomen. Dit is echter nog zonder de afvalstromen uit de bouw-, transport- en dienstensector, maar ook zonder het afval uit de horeca en retail.
‘Waste not, want not’
Elke afvalstroom kan in potentie een grondstof opleveren. Het maakt niet uit of het huishoudelijk afval of bedrijfsafval betreft. Een bekend feit is in ieder geval dat grondstoffen schaarser worden. Ze worden dus alleen maar waardevoller en ook steeds strategischer. Daarmee zijn er vanuit milieu-, economisch en protectionistisch oogpunt voldoende redenen om er vanuit te gaan dat ook de komende jaren sturing vanuit overheden gaat toenemen. De recente spurt in de prijzen van veel grondstoffen kan zomaar voor meer zogenoemd resource nationalism (ofwel grondstofnationalisme) van de grondstofrijke landen zorgen. De hoge prijzen maken de grondstoffen immers een stuk waardevoller en dat is een gunstige ontwikkeling voor de grondstofrijke landen met moeilijk te dichten gaten in de begroting. Dit soort trends brengt echter automatisch ook een stuk extra onzekerheid mee in de toeleverketen van veel bedrijven. Vooral voor die bedrijven die sterk afhankelijk zijn van de grondstoffen in hun productieproces. Dan wordt serieuzer nadenken over duurzamere afvalstromen en nieuwe circulaire bedrijfsmodellen bijna vanzelfsprekend.
Wat betreft internationale afvalstromen (waaronder vlees, papier, textiel, rubber, kunststof, metaal e.d.) hebben we een positieve handelsbalans. We exporten meer afval dan dat we importeren. De uitvoer van afval is in 2021 met 42% toegenomen en vorig jaar (tot en met oktober) met 10% op jaarbasis gestegen. Metaalschroot is hierin verreweg het belangrijkste exportproduct. En dat is jammer, want juist deze secundaire metalen winnen aan belang in de energietransitie. Metaalschroot wordt daarmee op den duur een kritieke grondstof die we hard nodig hebben voor al onze koolstofarme ambities. Het vergt een blijvende kritische blik op de afvalstromen.
