DRS voor het klimaat

Met het Drag Reduction System kunnen Formule 1-coureurs hun achtervleugel inklappen om extra snelheid te maken en concurrenten in te halen. Zo’n systeem bestaat ook voor de energietransitie. Alleen het politieke draagvlak daarvoor ontbreekt nog.
Het aandeel hernieuwbare energie in het totale energieverbruik stijgt. In 2020 lag dat op 11,5, een flinke verbetering ten opzichte van 2010 toen het percentage nogop 3,9 lag. Vooral de laatste jaren is een versnelling te zien.
Bij de productie van hernieuwbare energie vindt bovendien een verschuiving plaats. Tien jaar terug was biomassa verantwoordelijk voor driekwart van de productie. Inmiddels is dat nog maar de helft. Dit komt vooral door de opkomst van de schonere wind- en zonne-energie.
Dankzij de toenemende productiecapaciteit naderen wind- en zonne-energie van het proces van groene innovatie. De innovatie is in deze fase zo ver dat de technologie een volwaardig marktalternatief vormt en kan concurreren met bestaande, niet duurzame technologieën.
Vóór fase vier komen fase één, van fundamenteel onderzoek aan universiteiten, fase twee, waarin de nieuwe technologie door bedrijven wordt verbeterd en opgeschaald, en fase drie, waarbij de technologie zich dusdanig heeft bewezen dat het op steeds grotere schaal kan worden toegepast.
Al deze fases vergen een eigen overheidsbeleid. Bij fase één komt het vooral aan op onderzoeksubsidies, omdat de kans op succes gering is. Bij fase twee op risicokapitaal, omdat de meeste investeerders nog steeds de kat uit de boom kijken. Bij fase drie op stimulering van de vraag, bijvoorbeeld via consumptiesubsidies.
Hoewel verdere verbeteringen nodig blijven, hebben wind- en zonne-energie de eerste drie fases grotendeels doorlopen. Beide kunnen zich dus opmaken voor fase vier. Een faire prijs voor CO2-uitstoot kan daarbij helpen als DRS voor wind- en zonne-energie. Morgen horen wij of D66 en CU de VVD en het CDA hiervoor over de streep hebben kunnen trekken. (Philip Bokeloh)
