Omicron lijkt besmettelijker te zijn, en vaccins lijken iets minder effectief. Over ziekteverschijnselen is nog veel onduidelijk, terwijl dit een cruciale factor is voor het bepalen van de economische gevolgen. In een negatief scenario leidt Omicron tot nieuwe lockdowns met bijbehorende bbp-krimp, problemen in aanvoerlijnen worden verergerd wat de opwaartse risico’s voor inflatie vergroot. nGezien de beperkingen van de aanbodzijde zal een eventueel steunpakket kleiner zijn.

De nieuwe Omicron-variant heeft geleid tot volatiliteit op financiële markten en tot onzekerheid over de groeivooruitzichten. Gezondheidsfunctionarissen hebben hun zorgen geuit, maar ook benadrukt dat het moeilijk is om in dit stadium uitspraken te doen over de kenmerken van de nieuwe variant. Op dit moment is het daarom nog te vroeg om onze groei en renteramingen te wijzigen. Hieronder geven wij antwoord op de vijf belangrijkste vragen rondom Omicron en schetsen we enkele scenario’s.

Hoe gevaarlijk is Omicron?

Drie factoren zijn bepalend: a) hoe besmettelijk is deze variant? b) hoe effectief zijn vaccins? c) hoe hoog is de kans op ernstige ziekte?

Uit de verslagen van deskundigen maken wij op dat Omicron waarschijnlijk besmettelijker is en dat vaccins minder effectief zijn. Het grootste vraagteken blijft de kans op ernstige ziekteverschijnselen, terwijl dit cruciaal is – bij een gelijke of grotere kans op ernstige ziekte, moeten beleidsmakers waarschijnlijk opnieuw lockdowns opleggen (zie hieronder). Bij een kleinere kans zou de nieuwe variant zelfs positief kunnen zijn, aangezien een meer goedaardig virus een gevaarlijkere versie vervangt (Delta).

Als we meer in detail op het bovenstaande gaan: a) Het feit dat Omicron zo snel de dominante stam in Zuid-Afrika is geworden (en nu meer dan 75% van de gevallen uitmaakt) doet vermoeden dat deze inderdaad besmettelijker is dan de Delta-variant. b) Het aantal mutaties in deze variant suggereert dat het vaccin mogelijk minder effectief is. Een eerdere studie waarnaar het ECDC verwijst, met een synthetische variant met 20 mutaties, liet zien dat vaccins ineffectief waren geworden; Omicron heeft meer dan 30 van dergelijke mutaties. c) Het blijft onduidelijk of Omicron een grotere kans op een ernstig ziektebeeld heeft. Voorlopige studies suggereren een milde ziekte, maar de meeste gevallen hebben zich voorgedaan bij jonge gezonde volwassenen.

Hoe snel kan een nieuw vaccin worden aangemaakt?

Een van de voordelen van de in huidige vaccins gebruikte mRNA-technologie, is de mogelijkheid om de vaccins relatief snel aan te passen om nieuwe mutaties tegen te gaan. Paul Burton, Chief Medical Officer van Moderna, verklaarde afgelopen weekend dat "als we een nieuw vaccin moeten maken, we dat begin 2022 in grote hoeveelheden beschikbaar hebben ". Ook Pfizer en BioNTech verwachten "een op maat gemaakt vaccin tegen die variant te kunnen ontwikkelen en produceren in ongeveer 100 dagen, afhankelijk van de medische goedkeuring".

Het ziet er dan ook naar uit dat – zo nodig – nieuwe vaccins ergens in het eerste kwartaal beschikbaar zijn, de verspreiding onder de bevolking kan echter nog verschillende maanden daarna in beslag nemen. Zelfs met snelle verspreiding in de rijkere landen, is de huidige vaccinatiegraad in een groot deel van de derde wereld nog altijd zeer laag. De opkomst van Omicron maakt het dus nog duidelijker dat "niemand veilig is, totdat iedereen veilig is".

Hoe zou de vraagzijde van de economie worden beïnvloed?

De gevolgen voor de vraag zullen waarschijnlijk sterk verschillen tussen zowel de eurozone en de VS, als tussen goederen en diensten. De eurozone zal in een negatief scenario waarschijnlijk een grotere klap voor de vraag te verwerken krijgen dan de VS. In de eurozone leiden nieuwe lockdowns tot een aanzienlijke daling van de dienstenconsumptie, en waarschijnlijk tot een minimaal effect op de goederenconsumptie. Een technische recessie is mogelijk, afhankelijk van de duur van de lockdowns. In de VS zijn lockdowns (en de recessie-effecten ervan) alleen waarschijnlijk in een zeer negatief scenario. In de VS zijn beleidsmakers namelijk minder geneigd beperkingen op te leggen, ook lijkt de buffer in de gezondheidszorg groter te zijn. In de VS zou het effect op de samenstelling van de consumptie wel groter kunnen zijn. Het herstel van de dienstensector zal in dit scenario verdere vertraging oplopen in tegenstelling daarop zal de goederenconsumptie waarschijnlijk boven de trend blijven. Een zelfde effect werd waargenomen tijdens de deltagolf in de zomermaanden; er waren geen nieuwe beperkingen op de bedrijvigheid, maar de consumenten bleven meer thuis en de goederenconsumptie bleef ruim boven de trend.

Kan Omicron de problemen in aanvoerlijnen en dus de inflatie verergeren?

Het is zeer waarschijnlijk dat de aanbodzijde negatief zal worden beïnvloed als Omicron een gevaarlijker soort blijkt te zijn dan eerdere varianten. De verwerkende industrie en het vervoer zouden de gevolgen kunnen ondervinden van een combinatie van directe beperkingen en de verstoring van het arbeidsaanbod. Het zerotolerancebeleid van de Chinese overheid en sommige andere Aziatische landen zal dan extra olie op het vuur gooien. Zeker gezien de reeds heftige verstoringen van de internationale aanvoerlijnen. Levertijden zijn lang en er is een recordkloof tussen orders en productie in belangrijke productie-economieën zoals Duitsland.

Het totale effect op de inflatie zal per sector en per land verschillen. Een belangrijk neerwaarts effect op de inflatie op korte termijn zou een dalende olieprijs kunnen zijn. De snelste en meest beperkende maatregelen zullen worden genomen op het gebied van reizen, en die raken ook de vraag naar olie. Het zal cruciaal zijn hoe de OPEC+ reageert wat aanbod van olie betreft. In de industrie, gezien de sterke huidige vraag en problemen om aanbod op te schalen zou opwaartse prijsdruk in deze sector kunnen toenemen in dit negatieve Omicron scenario. In de dienstensector zou de vraagschok de aanbodschol kunnen overweldigen waardoor prijsdruk afneemt. Ten slotte zullen landen die de "omicronschok" ondergaan met een sterkere vraag en een gesloten output gap (de VS), waarschijnlijk meer inflatoire druk ondervinden, terwijl landen met een zwakke vraag en een output gap (de eurozone) naar desinflatie neigen.

Hoe reageren beleidsmakers deze keer?

De beleidsreactie bij een negatief Omicron scenario is waarschijnlijk terughoudender in omvang en meer gericht zijn op een zachte landing voor de aanbodzijde dan op het aanwakkeren van de vraag. Dit vloeit voort uit a) de lessen van eerdere beleidsmaatregelen b) een ander uitgangspunt in termen van inflatie c) het gebruik van veel munitie in de afgelopen twee jaar beperkt overheden nu. Zo is het onwaarschijnlijk dat de Amerikaanse regering de aanpak zal volgen waarbij huishoudens direct gesteund worden en werkloosheidsuitkeringen worden opgehoogd tot niveaus die soms hoger liggen dan het inkomen van werkenden. In 2020 werd hierdoor de vraag gestimuleerd en het arbeidsaanbod beperkt. De Europese aanpak van steun voor werkenden via bedrijfsbalansen is wellicht wenselijker, alhoewel het neveneffect hiervan het toenemen van rigiditeiten is. De Fed wordt beperkt door de veranderde inflatieomgeving. Hoge overheidsschulden, zonder een grote koper van schatkistpapier, kunnen ook de omvang van de budgettaire reactie beperken. In de eurozone zal de ECB waarschijnlijk minder last hebben van inflatiezorgen, hoewel ze misschien niet de vrijheid zal voelen die ze had in 2020, toen het uitgangspunt voor de onderliggende inflatie veel lager was. Bovendien is het PEPP officieel niet gebonden aan emissielimieten, maar de drempel van 50% kan toch voor enige beperking zorgen.