Pensioen Piet weet raad
Naast mij op het werk zit ABN AMRO’s pensioenspecialist Piet Rietman. Het aantal jaren dat ik pensioenopbouw heb, heeft hij nog te gaan. Piet is van midden jaren tachtig. Ga ik op mijn tenen staan en goed tuur, dan zie ik in de verte mijn voorlopig vastgestelde pensioendatum in 2030.
Iedere maand schrijft Piet onze Pensioenmonitor. Tijdens dat schrijven kijk ik af en toe naar rechts en lees mee op zijn beeldscherm. Koppen over hogere premies, lagere dekkingsgraden en vooral veel donkere wolken zijn niet van de lucht. Ik word er onrustig van, dat wordt 2035?
Het Nederlandse pensioenstelsel bestaat uit drie pijlers: de AOW, het werkgeverspensioen en vrijwillige voorzieningen. Voor de AOW is er goed nieuws. U heeft er vast over gelezen in de media. Onze Pensioen Piet heeft berekend dat de AOW over 2019 en 2020 circa 8,5% stijgt. Alsof hij het uit zijn eigen zak betaalt, zoveel aandacht trok het. Prijsindexatie, de koppeling van de AOW aan de CAO-lonen en gunstige fiscale wijzigingen zorgen voor die stijging.De sombere verhalen komen over het algemeen uit de tweede pijler: het werkgeverspensioen. Eind december 2019 leek alles koek-en-ei. De aandelenbeurzen deden het prima en wat vooral hielp, de 10 jaarsrente steeg. De dekkingsgraden van pensioenfondsen – de bezittingen uitgedrukt als percentage van de verplichtingen – piekten.
Daarna ging het mis. De rente daalde weer en het Coronavirus stak de kop op. De dekkingsgraden daalden sterk en pensioenkortingen zijn straks onvermijdelijk. En als klap op de vuurpijl komt er in 2021 ook nog eens een nieuwe rekenmethode, die naar verwachting de dekkingsgraden met 10-procentpunt doen dalen.
“Elke maatregel die je niet neemt, is een maatregel die de dekkingsgraad had kunnen verhogen”, is een gevleugelde uitspraak van Piet. Uit economisch oogpunt zijn maatregelen noodzakelijk; dat wil zeggen hogere premies en pensioenkortingen. Echter, het gaat hier niet om een economisch maar om een door de politiek gedomineerd dossier. Mijn inschatting is dat we uitstel gaan zien tot in ieder geval na de Tweede kamer verkiezingen in 2021 en de aansluitende kabinetsformatie.
En zo ziet Piet dat alleen de derde pijler - vrijwillige eigen voorzieningen (zelf sparen) – ons in de toekomst kan helpen het pensioen op het ooit beloofde pijl te krijgen. Maar hogere premies die werknemers zeker voor een deel zelf moeten gaan betalen bij pijler 2, geven ook weer minder mogelijkheden om zelf te sparen. Dit terwijl de noodzaak om te sparen juist groter wordt. Een spagaat dus. Maar als ik kijk naar de groei van het spaargeld in Nederland dan zitten al veel mensen wel op het spoor van pijler 3.
