Verspilde energie

“We gaan het niet halen”, waarschuwt collega en senior econoom Sustainability Research Casper Burgering. Terwijl in de wereldpolitiek de focus uitsluitend op de waan(zin) van de dag van morgen ligt, kijkt hij met zijn groene vizier naar 2030 en 2050.
Wat we niet gaan halen, zijn de energie-efficiëntiedoelen voor 2030. Dit als onderdeel van het grotere klimaatplan: de EU-doelstelling voor 2030 om de uitstoot van broeikasgassen met ten minste 55% (t.o.v. 1990) te verminderen. Het draait in dit geval om het energieverbruik door eindgebruikers. In de EU-27 is die in de periode 2017-2023 met slechts gemiddeld 1% per jaar afgenomen. Terwijl de doelstelling oorspronkelijk 2% was en sinds eind 2023 op 4% staat.
Nederland behoort in de EU uiteraard wel tot de beste drie jongetjes van de klas. Dit komt vooral dankzij de energiebesparing die we met onze woningen hebben gerealiseerd. Het finaal energieverbruik van Nederlandse woningen is in de periode 2017-2023 maar liefst 20% gedaald. Daarmee scoren we het beste in de hele EU. Het zijn vast de hoge energieprijzen die de zuinige Hollander naar deze koppositie heeft gebracht.
Is er nog een kans om de energie-efficiëntiedoelen voor 2030 te halen? Grote stappen kunnen er gezet worden in de industrie, de transportsector en de dienstverlening. De grote bottleneck voor die grote stappen zijn de problemen in de elektriciteitssector. Het oplossen van de netcongestie vereist de hoogste prioriteit; uit economisch perspectief maar ook voor de klimaatdoelstellingen. Wordt dat opgelost dan liggen verdere efficiëntieverbeteringen voor het oprapen. Geëlektrificeerde technologieën zijn nu eenmaal vele malen efficiënter dan technologieën op basis van fossiele brandstoffen.
Bovendien zijn energie-efficiënte maatregelen relatief goedkoop en dus bedrijfseconomisch gezien zeer gunstig. Dat we ook nog eens minder afhankelijk van de import van energie worden, is een vette bonus.
Toch concludeert mijn collega op basis van data van het Plan Bureau voor de Leefomgeving dat Nederland in dit tempo pas in 2038 de beoogde doelen voor 2030 gaat halen. Als dit geldt voor één van de beste drie uit de klas, dan hobbelt de rest van de EU daar nog achter aan. De Europese commissie zal natuurlijk de druk op de lidstaten opvoeren om de energie-efficiëntie verder te verbeteren. Maar zal dit helpen?
Nee, maar wat wel helpt zijn de honderd miljard Euro die EU-klimaatchef Wopke Hoekstra eind februari aankondigde voor de vergroening en redding van de Europese industrie. Een mooie win-win die Clean Industrial Deal: het klimaat en de concurrentiepositie van de Europese economie.
Deze column verscheen eerder in Deal! Vakblad voor inkopers van de Nevi
