We worden kampioen!

ColumnMacro economy

De sportzomer van 2024 belooft veel moois. Het EK-voetbal moet nog beginnen als ik dit schrijf. De achtste finales zijn net klaar als u dit leest. Zijn de straten en pleinen al ontslingerd en weten alle 17 miljoen bondscoaches hoe het wel had gemoeten? Of is het nog Oranje-boven?

In maart kwamen de Verenigde Naties met hun jaarlijkse World Happiness Report. Dat Nederland is gedaald van de 5e naar de 6e plaats was nieuws. Dat Nederland al jaren hoog staat in deze lijst en ook in het World Competitiveness report bij de besten hoort, vinden we de gewoonste zaak van de wereld. Beter weten en klagen zit een beetje in onze volksaard en ook mij is dit niet vreemd. Bij het World Competitiveness report kijk ik als eerste waar we slecht scoren: prijzen en belastingen. Klopt, hoor ik u denken.

Opvallende uitkomst bij het “Happiness-onderzoek” is dat het geluksgevoel in ons land nauwelijks verschilt bij oudere en jongere generaties. Vergelijken we dit met de Verenigde Staten en Canada daar is de kloof enorm tussen oudere en jongere generaties. Ouderen geven aan een stuk gelukkiger te zijn. In Centraal en Oost-Europa is dit juist omgekeerd.

Dat sportprestaties invloed hebben op het geluksgevoel van mensen is evident. Euforische beelden te over van winnende landen. Maar wat is de invloed van sportief succes op de economie van een land? In het verleden hebben wij op het Economisch Bureau van ABN AMRO onder de titel Soccernomics onderzoek gedaan naar dit fenomeen.

Het organiserende land profiteert economisch vaak het meest van een groot sportevenement. De bouw van stadions en infrastructuur geven de economie een boost. De honderdduizenden bezoekers en ook eigen bevolking geven veel geld uit. Toch zijn er ook voorbeelden waarbij een land met grote financiële katers achterbleef, vooral door achteraf onrendabele faciliteiten.

In deelnemende landen stijgt de verkoop van televisies en profiteren de horeca en de detailhandel van uitgaven aan eten, drinken en prullaria. Bij landen die kampioen werden blijkt de economische impuls ook na de finale nog enige tijd aan te houden. Euforie zet aan tot besteden. We deden daarom ook altijd een uitspraak welk land vanuit internationaal economisch perspectief het beste kampioen kan worden. Een groot land met lage economische groei, veel internationale handel dat een steuntje in de rug kan gebruiken. Helaas…… dat zijn momenteel Duitsland en Frankrijk.