Londen is een economisch centrum met meer gewicht dan Rotterdam


Unilevers keuze voor Londen in plaats van Rotterdam is een economische aderlating. Het is ook zo jammer, omdat het bedrijf voorop loopt in de strijd voor waardecreatie op de lange termijn en duurzaamheid. Maar eerlijk is eerlijk, Londen is een economisch centrum in de wereld dat op vele punten meer gewicht in de schaal legt dan Rotterdam.
Unilevers keuze voor Londen in plaats van Rotterdam is een economische aderlating. Het is ook zo jammer, omdat het bedrijf voorop loopt in de strijd voor waardecreatie op de lange termijn en duurzaamheid. Maar eerlijk is eerlijk, Londen is een economisch centrum in de wereld dat op vele punten meer gewicht in de schaal legt dan Rotterdam.
Unilever is een wereldspeler die net als andere multinationals heel goede kaarten in handen heeft in onderhandelingen met landen die allemaal om een vestiging staan te springen. Eén van die onderhandelingspunten is de belasting. Londen zal na de brexit meer aangewezen zijn op fiscale lokkertjes; de ‘cadeautjes’ die wij in Nederland nou net aan het afschaffen zijn. Dat is een goede en bewuste keuze als je het mij vraagt, maar de vraag is wel wat die keuze ons met het oog op een inclusieve maatschappij en faire belastingen gaat kosten? Wat als we daardoor alle hoofdkantoren van multinationals kwijtraken?
Laat ik vooropstellen dat ik het antwoord niet weet, maar wat ik wel weet, is dat het niet alleen te maken heeft met de banen en de belastingen die we verliezen als een bedrijf vertrekt. Er zijn tenminste twee aspecten die meespelen: ten eerste helpt een fair belastingstelsel bij het onderhandelen in Europa. Het tikt aan als we andere EU-landen eerlijk in de ogen kunnen kijken tijdens cruciale onderhandelingen over geld. Ten tweede laat de pandemie zien dat het vasthouden aan een pad naar een inclusieve samenleving ook economisch loont.
Maar of we dat pad op gaan, is allerminst zeker. We zien in deze crisis dat landen zonder sterke verzorgingsstaat, zoals het Verenigd Koninkrijk, hun economie te lang lieten prevaleren boven de gezondheid van hun burgers. Gevolg daarvan was dat de lockdowns strikter en uiteindelijk langer duurden, waardoor de economische schade naar het zich laat aanzien veel groter is. Niet alleen is het leven met veel sociale zekerheid aangenamer, je komt er ook beter mee door deze pandemie, wil ik maar zeggen.
Ons kabinet maakte een andere keuze. Een keuze waarbij de collectieve gezondheid bovenaan stond. Wat daarbij heeft geholpen, is dat wij weten wat goede gezondheid betekent. Onze gezondheidszorg is van zo’n hoge kwaliteit dat ook ouderen en chronisch zieken relatieve gezondheid ervaren en dat ook eisen van onze politici. Veel van onze ouderen en chronisch zieken zijn bij ons geen last voor de economie, maar dragen eraan bij. Uiteraard hoort daarbij dat we zo lang mogelijk doorwerken en zo min mogelijk in de sociale vangnetten blijven hangen. Maar een maatschappij van ieder voor zich, waarin de zwakkeren geparkeerd worden zodat de fitten doorkunnen, levert een maatschappij op waarin niet alleen weinig lol te beleven valt, maar waarin uiteindelijk ook weinig geld te verdienen valt.
Unilever verliezen blijft pijnlijk, maar onze inclusieve weg moeten we volhouden. Op een gegeven moment vragen de beste kenniswerkers zelf aan hun hoofdkantoren om weer voor ons te kiezen, dat zul je zien.