Starters laten kansen liggen: 60 procent heeft nog geen gesprek gevoerd met adviseur of bank

De belangrijkste bevindingen op een rij:

• 61% van de starters heeft nog geen gesprek gevoerd met een hypotheekadviseur of bank

• 67% stelt dat je het als starter haast niet redt zonder financiële hulp

• 48% heeft nog niet met familie gesproken over mogelijke steun

• Van de starters voelt 30% schaamte en 28% stress bij het idee om familie om financiële hulp te vragen voor de aankoop van een woning

• 32% is niet bekend met een familiehypotheek

• Van de starters die verwachten dat het voor hen moeilijk wordt om aan een woning te komen, heeft 39% een gesprek gevoerd met hypotheekadviseur of bank. Dit geldt voor 55% van de starters die verwachten dat het makkelijk wordt.

“Waar het kopen van een huis vroeger voor veel mensen vanzelfsprekend was, maakt de huidige markt het voor starters steeds lastiger”, zegt Mike Langen, Senior Econoom Woningmarkt bij ABN AMRO. “Het woningtekort, inkomensgroei en langdurige lage hypotheekrente hebben allemaal een prijsopdrijvend effect. Het is daarom uitdagend voor starters om hun droomhuis te vinden. Maar het moet hen niet ontmoedigen.”

Hulp vanuit familie blijft vaak onbesproken

Een van de mogelijkheden om als starter een woning gedeeltelijk te financieren is een familiehypotheek, waarbij ouders of andere familieleden een hypotheeklening verstrekken. De populariteit van familiehypotheken neemt de laatste jaren toe. Toch wordt eventuele financiële hulp door familieleden in de praktijk lang niet altijd besproken. Bijna de helft van de starters heeft nog niet met familie besproken of zij kunnen en willen helpen en een kwart is dat ook niet van plan. Een deel van de starters ervaart een drempel om dit onderwerp aan te snijden. Gevoelens van schaamte en stress spelen daarbij onder andere een rol.

Niet alle starters zijn op de hoogte van het bestaan van een familiehypotheek: bijna een op de drie (32 procent) geeft aan de financieringsvorm niet te kennen. Bovendien blijkt uit het onderzoek dat er een misverstand bestaat over de vorm: meer dan de helft denkt dat een familiehypotheek alleen is weggelegd voor vermogende families. "Dat is zonde", zegt Deborah Toerse, financieel adviseur bij ABN AMRO. “Een familiehypotheek kent verschillende vormen en is niet gebonden aan specifieke bedragen of vermogens. In gesprekken zie ik vaak opluchting: ouders die wél iets kunnen doen en kinderen die merken dat ze er niet alleen voor staan."

Hulp wanneer het nodig is

“Het is niet verrassend dat veel mensen terughoudend zijn om hun familie om hulp te vragen bij het financieren van een woning”, zegt Richard Ronald, hoogleraar Housing, Society and Space aan de Universiteit van Amsterdam. “Jonge volwassenen in Nederland verlaten vaak op jonge leeftijd het ouderlijk huis en hebben van oudsher zelfstandig een eigen woning gekocht. De laatste jaren is hun koopkracht echter afgenomen, terwijl oudere generaties juist aanzienlijke vermogens hebben opgebouwd. Vanwege de middelen waarover veel ouders beschikken, is het voor jongere generaties slim om steun te vragen. Bovendien is het verstandiger voor ouders om hun kinderen te helpen op het moment dat zij dat het hardst nodig hebben, wanneer ze hun eigen leven en gezin opbouwen, dan om het vermogen pas later via een erfenis over te dragen, wanneer de impact vaak kleiner is.”

***

Over het onderzoek

Het onderzoek is in april 2025 uitgevoerd door Ipsos I&O in opdracht van ABN AMRO. De steekproef is gedaan onder 1000 starters op de huizenmarkt van 25 tot en met 40 jaar oud en is representatief naar leeftijd, geslacht en regio. De starters in dit onderzoek hebben op dit moment nog geen koophuis, maar zijn hier wel naar op zoek. Met ‘op zoek’ wordt een brede groep bedoeld: van mensen die op Funda naar woningen kijken of erover praten met anderen, tot degenen die recent een bod hebben gedaan. Het gaat dus niet alleen om actieve woningzoekers, maar ook om mensen die openstaan voor het kopen van een huis.