De week van voorbeschouwing Prinsjesdag, sectoraandelen in faillissementen en werkloosheid

21 september belooft geen spannende Prinsjesdag te worden. Het huidige kabinet is demissionair: het behandelt dus wel lopende zaken die nodig zijn om de boel draaiende te houden, maar maakt geen grootse nieuwe plannen.
Co-auteurs: Nora Neuteboom en Piet Rietman
Een beleidsarme Prinsjesdag zit er aan te komen
Faillissementen zijn laag maar toch zijn de sectoraandelen in faillissementen gelijk gebleven
Coronasteun is een juiste les voor bij een volgende crisis
Prinsjesdag: veel geld, weinig om het aan uit te geven
21 september belooft geen spannende Prinsjesdag te worden. Het huidige kabinet is demissionair: het behandelt dus wel lopende zaken die nodig zijn om de boel draaiende te houden, maar maakt geen grootse nieuwe plannen. Dat is namelijk aan een nieuw kabinet, zodra deze gevormd is. Op Prinsjesdag wordt er dus een begroting gepresenteerd voor volgend jaar, maar deze begroting zal ‘beleidsarm’ zijn. Veel van de wijzigingen ten opzichte van vorige jaren zijn uitwerkingen van al vastgesteld beleid voor 2022. De vrijdag voor Prinsjesdag – het moment dat alle Kamerleden de usb-stick krijgen met de plannen – wordt er traditioneel van alles gelekt. Ook zal dat dit jaar het geval zijn, maar zullen we plannen die gelekt worden wat meer in de lijn der verwachtingen liggen dan dat we grote extra bedragen zullen zien voor enkele begrotingsposten. Sommige “extra” bedragen zijn bovendien al gelekt: 6 tot 7 miljard voor extra klimaatmaatregelen, een half miljard extra naar de bestrijding van georganiseerde criminaliteit en waarschijnlijk zo’n 154 miljoen naar de sociale advocatuur. Terwijl de coronasteun wordt afgebouwd en de economie weer herstellende is, staan de Nederlandse financiën er goed voor. In de Macro Economische Verkenning van vorig jaar, dacht het CPB nog dat de overheidsschuld zou groeien tot 62% van het bbp en in een ‘tweede golf scenario’ zelfs naar 72% van het bbp. Op dit moment ligt de overheidsschuld rond de 55% van het bbp en daarmee zit het ruim onder en EMU-norm van 60%. Dit betekent extra financiële ruimte voor een nieuw kabinet. Bovendien zijn, in vergelijking met vorig jaar, de groeiverwachtingen flink naar boven bijgesteld. Zo dacht het CPB nog dat in er in 2022 1,9% groei zou zijn, in de meeste recente augustus ramingen is dit naar boven bijgesteld en verwacht het CPB 3.2% economische groei in 2022. Ook dat betekent meer financiële ruimte: niet alleen komt er zo in 2022 meer belasting binnen, ook is door het hogere bbp de staatsschuld - als percentage van het bbp - nog lager. Bovenop de gelekte miljarden kan dus meer geld naar begrotingsposten die dat dringend nodig hebben, zoals zorg, aanpakken van het stikstofprobleem, onderwijs en klimaat. (Nora Neuteboom)
Zijn de sectoraandelen van faillissementen veranderd?
Het is inmiddels wel duidelijk dat faillissementen historisch laag zijn. Waar er normaal gemiddeld per maand rond de 370 bedrijven, instellingen of eenmanszaken failliet gaan in Nederland schommelt dit maandelijks aandeel de afgelopen vijf maanden rondom de 140, een flinke daling dus. Wij vroegen ons af of deze daling over de hele linie van bedrijven te zien is. Zien we deze daling in alle sectoren of verschillen de sectoren hierin? Om dit te onderzoeken vergelijken we het aandeel van elke sector in het totaal aan faillissementen in de vijf jaar voor corona (2015 - 2019) met hetzelfde aandeel in de periode waarin de daling te zien is (maart 2020 - augustus 2021). De resultaten zijn te zien in de figuur hieronder. Kijkend naar de figuur zien we dat in grote lijnen de sectoraandelen in faillissementen gelijk zijn gebleven in de twee tijdsperiodes terwijl het gemiddelde aantal faillissementen in de periodes afnam van 370 naar 208. Gemiddeld is er een afwijking van 1 procentpunt tussen de twee periodes. Er zijn echter wel kleine verschuivingen te zien in de figuur, bijvoorbeeld in de bouw, handel, horeca en enkele dienstensectoren. De grootste verschuiving is te zien in de bouw maar kan zeker nog steeds bescheiden genoemd worden gezien de verandering van slechts 3 procentpunt. Er zijn twee kanttekeningen te plaatsen bij het bovenstaande. Dit zijn faillissementscijfers, ondernemers die het niet tot een faillissement laten komen en eerder zelf besluiten met hun bedrijf te stoppen worden niet meegenomen in deze cijfers. Het is denkbaar dat de vrijwillige bedrijfsbeëindigingen per sector door corona zijn gaan verschillen. Ook nemen we hier het simpele gemiddelde over twee tijdsperiodes. Het kan dus zo zijn dat gedurende een bepaalde periode binnen deze tijdsperiodes het aandeel faillissementen in een sector tijdelijk hoger ligt, zoals bijvoorbeeld het geval was in de maanden maart tot en met juni van 2020 in de horeca. (Jan-Paul van de Kerke)
Rare percentages
Vanochtend werd bekendgemaakt dat de werkloosheid in augustus 3,2% was. Opnieuw een uitzonderlijk laag percentage in de periode na een economische crisis. Na afloop van de NOW-regeling en stijging van het aantal faillissementen krijgen we nog wel een toename, maar dit percentage zal volgens onze prognose onder de 4% blijven.Ook de cao-loongroei is een opvallend percentage. Die keert terug naar boven de 2%. Reken je mogelijke beleidswijzigingen mee, zoals een minimumloonverhoging of arbeidsmarkthervorming, dan zou die zelfs richting de 3% kunnen gaan in 2023. Werkloosheid onder de 4% en de cao-loongroei boven de 2%: rare percentages als je het vergelijkt met het herstel na de economische crisis van 2008. De werkloosheid lag toen maar liefst zeven jaar lang boven de 5%. De loongroei lag acht jaar lang onder de 2%. Vergelijk je de reacties op beide crises, dan kun je concluderen dat we dit keer iets fundamenteel anders hebben gedaan. We hebben niet alleen geen of weinig hersteltijd nodig, we zitten ook op heel andere niveaus van werkloosheid en loongroei. Behalve het andere type crisis, is een punt dat dit keer fundamenteel anders is de NOW, naast de andere vormen van financiële steun. Aangezien ook het effect van de NOW op de staatsschuld te overzien is, moeten we concluderen dat het een slimme noodgreep geweest is. En een goed startpunt om in de toekomst met crises om te gaan. (Piet Rietman)
