Bbp-groei; het andere belangrijke nieuws vandaag

De Nederlandse economie is in het derde kwartaal van 2025 gegroeid met 0,4% ten opzichte van het vorige kwartaal. De groei is voornamelijk toe te schrijven aan stijgende overheidsconsumptie, uitvoer en consumentenbestedingen. De spanning op de arbeidsmarkt nam in het derde kwartaal verder af
De Nederlandse economie is in het derde kwartaal van 2025 gegroeid met 0,4% ten opzichte van het vorige kwartaal (k/k). Wij hadden gerekend op een wat meer beperkte groei van 0,2%. Ook in omringende landen in de eurozone, zoals in Frankrijk, verraste de groei opwaarts. Uit de onderliggende Nederlandse cijfers blijkt de groei voornamelijk toe te schrijven aan stijgende overheidsconsumptie, uitvoer en consumentenbestedingen. In algemene zin heeft de Nederlandse economie zich ondanks verschillende schokken de afgelopen jaren weerbaar getoond. Desondanks verwachten we dat de groei – gezien de internationale onzekerheid – op de korte termijn wat gematigder zal zijn. De vooruitzichten voor 2026 zijn positiever.
Een duwtje in de rug vanuit de overheid en huishoudens
De cijfers in het derde kwartaal sluiten aan bij onze kijk dat de groei de ook de komende kwartalen binnenlands gedreven blijft, met name door uitgaven van huishoudens en de overheid. Zo nam de overheidsconsumptie in het derde kwartaal toe met 1,1% k/k. Volgens het CBS gaf de overheid meer uit aan defensie en de zorg, alsook aan lonen en salarissen. Ondanks de demissionaire staat van kabinet Schoof, betekent hun ingezette beleid dat de overheid de groei ook op de korte termijn blijft steunen. Dit effect loopt direct, via overheidsuitgaven en overheidsinvesteringen, en ook indirect door het ingezette beleid van koopkrachtverbetering van huishoudens.
Ook de consumptie van huishoudens droeg positief bij dit kwartaal. De koopkracht neemt volgens berekeningen van het CPB dit en volgend jaar toe, door de hoge maar verder matigende loongroei, de inflatie die geleidelijk naar beneden komt en het overheidsbeleid ingezet door het demissionaire kabinet. Ook blijkt uit dat huishoudens in algemene zin een groter aandeel van hun inkomen over houden na aftrek van de vaste lasten en boodschappenuitgaven. Niettemin blijft het sentiment onder huishoudens vrij negatief, zoals geïllustreerd door het lage consumentenvertrouwen. Uit de verhoogde spaarquote blijkt dat huishoudens nog steeds voorkeur geven aan sparen boven consumeren. Wij denken, mede door het aantreden van een nieuw kabinet, en verder verbeterende koopkracht dat dit sentiment wat kan verbeteren. Dit zal ook de spaarquote wat normaliseren, wat een verdere steun in de rug voor de consumptie betekent.
Er is daarentegen flink minder geïnvesteerd in het derde kwartaal. Omdat de investeringsgroei in het tweede kwartaal voornamelijk gedreven werd door eenmalige grote investeringen bijvoorbeeld in vervoersmiddelen zoals schepen en vliegtuigen was deze terugval in het derde kwartaal te verwachten. We blijven slechts beperkt positief over de investeringsgroei de komende kwartalen. Onzekerheid in het binnenland en buitenland maakt investeringsbeslissingen voor bedrijven moeilijk en bottlenecks in de economie zoals arbeidstekorten beperken de bewegingsvrijheid van bedrijven ondanks een dalend renteniveau op bedrijfsleningen.
Goederenuitvoer verrast
De uitvoer nam toe in het derde kwartaal, gedreven door de goederenuitvoer (+1,7% k/k) terwijl de dienstenuitvoer juist afnam (-1,1% k/k). Dit is opvallend, gezien de Amerikaanse invoerheffingen zowel direct als indirect de buitenlandse vraag naar Nederlandse uitvoer raken. Mogelijk wordt de uitvoer op korte termijn geholpen door het handelsakkoord dat gesloten is tussen de VS en de EU op 27 juli door het deels wegnemen van beleidsonzekerheid. Ook impliceert dit handelsakkoord een relatief voordeel ten opzichte van andere landen; op bijvoorbeeld farmaceutische producten is het Amerikaanse invoertarief voor de EU significant lager. Daarnaast dat ze zich voorbereiden op handelsspanningen door bijvoorbeeld grotere voorraden aan te houden of andere exportbestemmingen zoeken. Verschuiving van de handel kan de schok van de tarieven enigszins verzachten. Tot slot hebben internationale organisaties recent hun voorspellingen van de wereldhandel voor 2025 opwaarts bijgesteld, waar Nederland als handelsland mogelijk goed gepositioneerd is om van te profiteren. Al met al verwachten we nog steeds dat de groei van de uitvoer zwak zal zijn, gezien de (in)directe impact van de invoerheffingen en de afkoeling van de groei van relevante handelspartners.

Afkoeling arbeidsmarkt zet door
De spanning op de arbeidsmarkt nam in het derde kwartaal verder af. Zo waren er voor het eerst in vier jaar weer meer werklozen dan vacatures. Ook is in de afgelopen maanden de werkloosheid licht toegenomen, voornamelijk doordat meer mensen op zoek gingen naar een baan. In andere woorden, het arbeidsaanbod nam verder toe. Het aantal banen is in het derde kwartaal gedaald. Dit is toe te schrijven aan een daling van het aantal banen van zelfstandigen. Mogelijk hangt dit samen met strengere handhaving op schijnzelfstandigheid en met toegenomen onzekerheid: werknemers verkiezen in tijden van onzekerheid veelal een vast contract boven een flexibel dienstverband. In lijn met de wat lagere groei in de komende kwartalen en een verdere normalisatie van het aantal faillissementen verwachten we dat ook de arbeidsvraag wat zal afnemen, maar we gaan niet uit van een grote toename in het aantal ontslagen. Nog steeds is arbeid de grootste belemmering voor bedrijven. Naar verwachting loopt het werkloosheidspercentage wat op maar blijft deze in historisch perspectief laag.
Op dit moment zijn we onze voorspellingen aan het herzien. In de komende weken zullen we deze naar buiten brengen in de Nederlandse economie in zicht.

